.
.
Erfgooiers
Erfgooiers zijn afstammelingen van mensen die vele honderden jaren geleden in het Gooi woonden en werkten. Rond het jaar 1300 heeft de graaf van Holland rechten op hem toebehorende grond geschonken aan zijn onderdanen. Sindsdien hebben de "Gooiers" het recht van gebruik van gemene gronden.
1404
In 1403 greep hertog Albrecht van Beieren als graaf van Holland in om een einde te maken aan twisten over de gemene grond en stelde enige regels.
Dit resulteerde op 25 januari 1404 in de eerste schaarbrief; een overeenkomst tussen het Gooise volk en de stad Naarden (een schaar is een stuk land van een bepaalde grootte). Er ontstond één marke voor de gehele Gooi, waarbij werd afgezien van een verdeling tussen stad en dorpen.
In 1403 greep hertog Albrecht van Beieren als graaf van Holland in om een einde te maken aan twisten over de gemene grond en stelde enige regels.
Dit resulteerde op 25 januari 1404 in de eerste schaarbrief; een overeenkomst tussen het Gooise volk en de stad Naarden (een schaar is een stuk land van een bepaalde grootte). Er ontstond één marke voor de gehele Gooi, waarbij werd afgezien van een verdeling tussen stad en dorpen.
Meerdere schaarbrieven volgden en daarmee werd de positie van de gooier duidelijker. Vreemdelingen werden uitgesloten van het gebruiksrecht. Het erfgooierschap werd beschouwd als een geërfd recht, dat van vader op zoon overging en gebonden was aan het bewonen van een huis in Naarden of in één van de Gooise dorpen. De erfgooier was nu een man uit man in Gooiland geboren en de gemene grond mag hij gebruiken, zodra hij zelfstandig een boerenbedrijf in het Gooi gaat uitoefenen. Hierbij werd hij gebonden aan regels die het markebestuur stelde.
1474
In dat jaar was er een proces over de rechten van de erfgooiers, omdat Karel de Stoute alle rechten op weiden, heiden en bossen opeiste. De Grote Raad van Mechelen bevestigde de rechten van de erfgooiers.
In dat jaar was er een proces over de rechten van de erfgooiers, omdat Karel de Stoute alle rechten op weiden, heiden en bossen opeiste. De Grote Raad van Mechelen bevestigde de rechten van de erfgooiers.
1590
Er ontstaat een organisatie “Stad en Lande van Gooiland” die t.b.v. de erfgooiers zich bezig houdt met maatregelen voor onderhoud en gebruik van meenten en heiden.
Er ontstaat een organisatie “Stad en Lande van Gooiland” die t.b.v. de erfgooiers zich bezig houdt met maatregelen voor onderhoud en gebruik van meenten en heiden.
1625
Invloedrijke Amsterdammers vroegen in dat jaar een concessie aan de Staten van Holland om een stuk aan de westzijde van het Gooi te ontginnen. Dit leidde tot verzet van de erfgooiers. In 1634 werd een akkoord gesloten. De ontginning leidde tot het ontstaan van ’s Graveland.
Invloedrijke Amsterdammers vroegen in dat jaar een concessie aan de Staten van Holland om een stuk aan de westzijde van het Gooi te ontginnen. Dit leidde tot verzet van de erfgooiers. In 1634 werd een akkoord gesloten. De ontginning leidde tot het ontstaan van ’s Graveland.
1708
De Staten van Holland bevalen de Gooiers om een kaart van Gooiland te maken met aanduiding van de gemene gronden en tevens een lijst van gerechtigden op te stellen. Deze lijst bevatte 1088 namen van gerechtigden waarvan 624 niet-scharenden, zijnde erfgooiers zonder vee.
De gemene gronden beslaan dan 5732 hectare, ca. de helft van het Gooi.
De Staten van Holland bevalen de Gooiers om een kaart van Gooiland te maken met aanduiding van de gemene gronden en tevens een lijst van gerechtigden op te stellen. Deze lijst bevatte 1088 namen van gerechtigden waarvan 624 niet-scharenden, zijnde erfgooiers zonder vee.
De gemene gronden beslaan dan 5732 hectare, ca. de helft van het Gooi.
Detail van de kaart van Gooiland uit 1723
1836, 1843
De overheid streefde naar een regeling, die haar de mogelijkheid bood om grond te koop aan te bieden. Dit resulteerde in Koninklijke Besluiten in 1836 en 1843, waarin het grootste deel van de gemene grond werd afgestaan in ruil voor het volle eigendom van het resterende deel.
De overheid streefde naar een regeling, die haar de mogelijkheid bood om grond te koop aan te bieden. Dit resulteerde in Koninklijke Besluiten in 1836 en 1843, waarin het grootste deel van de gemene grond werd afgestaan in ruil voor het volle eigendom van het resterende deel.
1890
Tot de invasie van stedelingen, die kwam met het openen van de spoorlijn van Amsterdam, waren de gemeentebesturen vrijwel geheel samengesteld uit erfgooiers. De Vergadering van Stad en Lande bestond dan ook uitsluitend uit gerechtigden. Met de toename van stedelingen nam ook hun aantal toe in gemeentebesturen. Men zag gebeuren dat de erfgooiers door een meerderheid van niet-erfgooiers zou worden bestuurd. Op 4 april 1900 werd een vergadering van erfgooiers bijeen geroepen in de Grote Kerk van Naarden om te protesteren tegen de samenstelling van het bestuur en tegen vervreemding van gronden.
Tot de invasie van stedelingen, die kwam met het openen van de spoorlijn van Amsterdam, waren de gemeentebesturen vrijwel geheel samengesteld uit erfgooiers. De Vergadering van Stad en Lande bestond dan ook uitsluitend uit gerechtigden. Met de toename van stedelingen nam ook hun aantal toe in gemeentebesturen. Men zag gebeuren dat de erfgooiers door een meerderheid van niet-erfgooiers zou worden bestuurd. Op 4 april 1900 werd een vergadering van erfgooiers bijeen geroepen in de Grote Kerk van Naarden om te protesteren tegen de samenstelling van het bestuur en tegen vervreemding van gronden.
1903
Een erfgooier uit Blaricum trachtte vee op de meent te brengen zonder aan de meentmeester van de oude vergadering het verschuldigde bedrag te betalen. Dit leidde tot een escalatie van de situatie. De burgemeester van Blaricum liet militairen aanrukken. Bij hun harde aanpak viel een dode. De toestand rond de erfgooiers kreeg daarmee landelijke aandacht.
Een erfgooier uit Blaricum trachtte vee op de meent te brengen zonder aan de meentmeester van de oude vergadering het verschuldigde bedrag te betalen. Dit leidde tot een escalatie van de situatie. De burgemeester van Blaricum liet militairen aanrukken. Bij hun harde aanpak viel een dode. De toestand rond de erfgooiers kreeg daarmee landelijke aandacht.
1912
De regering besloot een einde te maken aan de moeilijkheden door de erfgooierskwestie bij wet te regelen. Dit resulteerde in een wetsontwerp dat op 14 maart 1912 door de Tweede Kamer en op 24 april door de Eerste Kamer werd aangenomen. Hierin kreeg de “Vereniging Stad en Lande van Gooiland”, gevestigd te Naarden, het eigendom van de gemene heiden en weiden, toen ca. 3260 hectare groot. Doel van de vereniging werd het bevorderen van de welvaart der erfgooiers in het bijzonder en die van Gooiland in het algemeen.
De regering besloot een einde te maken aan de moeilijkheden door de erfgooierskwestie bij wet te regelen. Dit resulteerde in een wetsontwerp dat op 14 maart 1912 door de Tweede Kamer en op 24 april door de Eerste Kamer werd aangenomen. Hierin kreeg de “Vereniging Stad en Lande van Gooiland”, gevestigd te Naarden, het eigendom van de gemene heiden en weiden, toen ca. 3260 hectare groot. Doel van de vereniging werd het bevorderen van de welvaart der erfgooiers in het bijzonder en die van Gooiland in het algemeen.
1913-1930
De vereniging zette zich in voor een verbetering van de weidegronden. Hiervoor werd de hulp ingeroepen van de Nederlandse Heidemaatschappij. Waterkeringen werden verbeterd, ontwateringssloten en verharde wegen werden aangelegd. Ook werd het land in beweidingsblokken verdeeld.
De vereniging zette zich in voor een verbetering van de weidegronden. Hiervoor werd de hulp ingeroepen van de Nederlandse Heidemaatschappij. Waterkeringen werden verbeterd, ontwateringssloten en verharde wegen werden aangelegd. Ook werd het land in beweidingsblokken verdeeld.
Veel was bereikt t.b.v. de scharende erfgooiers Voor de niet-scharenden werd geen geld gereserveerd; de inkomsten kwamen ten goede aan de scharenden.
De Vereniging “Macht door Recht” , opgericht in 1922, streefde al jaren naar ontbinding van Stad en Lande om daarmee uitkeringen aan de niet-scharenden te realiseren.
De Vereniging “Macht door Recht” , opgericht in 1922, streefde al jaren naar ontbinding van Stad en Lande om daarmee uitkeringen aan de niet-scharenden te realiseren.
1930-1972
Natuurbeschermers vreesden dat natuurgebieden verkocht zouden worden uit winstbejag, onder meer voor nieuwbouwprojecten. De toenmalige voorzitter van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten, mr. P.G. van Tienhoven, en de toenmalige commissaris der koningin, jhr. mr. dr. A. Roëll, namen het initiatief om het natuurgebied van de Vereniging Stad en Lande door aankoop veilig te stellen.
Natuurbeschermers vreesden dat natuurgebieden verkocht zouden worden uit winstbejag, onder meer voor nieuwbouwprojecten. De toenmalige voorzitter van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten, mr. P.G. van Tienhoven, en de toenmalige commissaris der koningin, jhr. mr. dr. A. Roëll, namen het initiatief om het natuurgebied van de Vereniging Stad en Lande door aankoop veilig te stellen.
Door een samenwerkingsverband van Provincie Noord-Holland, gemeente Amsterdam en de zes Gooise gemeenten, Naarden, Huizen, Bussum, Blaricum, Laren en Hilversum, werd besloten een Stichting Gooisch Natuurreservaat op te richten. De overheid en de Kamer waren bereid de Erfgooierswet aan te passen. Zo kon de Vereniging Stad en Lande een deel van haar bezit afstaan tegen een éénmalige uitkering aan alle deelgerechtigde Erfgooiers.
In 1933 verkreeg de Stichting Gooisch Natuurreservaat zo voor twee miljoen gulden 1524 hectare bos en heide van de Vereniging Stad en Lande en bovendien nog 104 hectare bos van particulieren voor een bedrag van één miljoen gulden. De 2973 betrokken erfgooiers ontvingen ieder het voor die tijd aanzienlijke bedrag van f 566,04.
In 1933 verkreeg de Stichting Gooisch Natuurreservaat zo voor twee miljoen gulden 1524 hectare bos en heide van de Vereniging Stad en Lande en bovendien nog 104 hectare bos van particulieren voor een bedrag van één miljoen gulden. De 2973 betrokken erfgooiers ontvingen ieder het voor die tijd aanzienlijke bedrag van f 566,04.
1972
De beslissing was gevallen. Men koos voor ontbinding van Stad en Land om een aantal voor de hand liggende redenen; de boeren waren al veel akkerland kwijt en misten delen van de meenten, bovendien zou de woningbouw nog eens meer dan de helft van de meenten opeisen. Belangrijk is ook het minimumbestaan van veel kleine boeren. Er moesten, voordat men tot ontbinding over kon gaan, enkele wijzigingen in de wet van 1912 worden aangebracht. Bijna alle erfgooiers stemden in met de ontbinding, vooral de niet-scharenden. In juli 1971 gaven de scharenden en de niet-scharenden hun goedkeuring. In 1972 werd de ledenlijst bevroren; nadien zou er geen 'echte' erfgooier meer bij kunnen komen. Een nieuwe tweedeling ontstond onder de scharenden. Ongeveer de helft van hen koos voor een uitkering in geld, de zogenaamde 'wijkers', de anderen konden voor een relatief laag bedrag delen van de meent in bezit krijgen, de 'blijvers'.
De beslissing was gevallen. Men koos voor ontbinding van Stad en Land om een aantal voor de hand liggende redenen; de boeren waren al veel akkerland kwijt en misten delen van de meenten, bovendien zou de woningbouw nog eens meer dan de helft van de meenten opeisen. Belangrijk is ook het minimumbestaan van veel kleine boeren. Er moesten, voordat men tot ontbinding over kon gaan, enkele wijzigingen in de wet van 1912 worden aangebracht. Bijna alle erfgooiers stemden in met de ontbinding, vooral de niet-scharenden. In juli 1971 gaven de scharenden en de niet-scharenden hun goedkeuring. In 1972 werd de ledenlijst bevroren; nadien zou er geen 'echte' erfgooier meer bij kunnen komen. Een nieuwe tweedeling ontstond onder de scharenden. Ongeveer de helft van hen koos voor een uitkering in geld, de zogenaamde 'wijkers', de anderen konden voor een relatief laag bedrag delen van de meent in bezit krijgen, de 'blijvers'.
1977
In 1977 werd de Stad en Lande Stichting opgericht. Doelstelling was het behouden en beheren van waardevolle archiefstukken en het in leven houden van de geest van Stad en Lande van Gooiland. Dit archief is inmiddels ondergebracht in het Stadsarchief te Naarden.
In 1977 werd de Stad en Lande Stichting opgericht. Doelstelling was het behouden en beheren van waardevolle archiefstukken en het in leven houden van de geest van Stad en Lande van Gooiland. Dit archief is inmiddels ondergebracht in het Stadsarchief te Naarden.